RSS Sitemap Afdrukken

Nieuwsbericht

16-03-2010

50 miljoen voor 100 jaar WO I

Directeur Westtoer roept horeca op tot realisme

WESTHOEK Vlaanderen, Europa, de provincie en de gemeentebesturen van de Westhoek trekken de komende jaren 50 miljoen euro uit voor de herdenking van 100 jaar Eerste Wereldoorlog. Tussen 2014 en 2018 worden er maar liefst 2,5 miljoen oorlogstoeristen in de streek verwacht. Toch roept directeur Stefaan Gheysen van Westtoer de private markt op tot realisme. "De beddencapaciteit is de voorbije tien jaar al verdubbeld. Ondernemen staat vrij, maar wij streven nu vooral naar een verhoging van de kwaliteit."

 

 

De voorbereidingen voor het eeuwfeest dat geen feest is, zijn intussen twee jaar aan de gang. De beleidsplannen zijn opgemaakt, de belangrijkste middelen toegewezen en de initiatiefnemers van de grootste projecten maken zich klaar voor de uitvoering van het project. Eind deze maand wordt er een nieuwe stap gezet in de lange tocht naar 2014-2018. Dan wordt de stuurgroep geïnstalleerd die de herdenking namens alle betrokken overheden zal coördineren. De toeristische lijnen worden uitgezet door het autonoom provinciebedrijf Westtoer. Wij blikten al even vooruit met directeur Stefaan Gheysen.

 

Welke invloed hebben de economische crisis en de besparingen bij de Vlaamse overheid nu op de herdenking?

 

"Bij de opmaak van ons strategisch beleidsplan stelden we een richtbudget van 50 miljoen euro voorop en daar blijven we bij. De eerste jaren komt er vanwege Vlaanderen wat minder geld, maar vanaf 2012 hopen we op betere financiële perspectieven. De middelen voor de vijf belangrijkste investeringen liggen alvast grotendeels vast."

 

Vanuit het noorden van de Westhoek klinkt steeds meer de kritiek dat het in het hele verhaal te weinig aandacht krijgt in vergelijking met het zuiden. Terecht?

 

"Niet echt. De Belgische geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog wordt echt wel een belangrijk onderdeel van de herdenking. We willen namelijk dat elke Belg dit verhaal leert kennen en daarvoor moet hij nu eenmaal in het noorden zijn. De vernieuwing van het museum van de IJzertoren in Diksmuide en de realisatie van een bezoekerscentrum bij het sluizencomplex in Nieuwpoort horen tot de vijf grootste investeringen en ook de nieuwe autoroutes doen het noorden aan. Men moet wel begrijpen dat de Britten de grootste toeristische doelgroep blijven en de geallieerde troepen waren nu eenmaal het meest actief in het arrondissement Ieper."

 

Er worden van 2014 tot en met 2018 2,5 miljoen oorlogstoeristen in de regio verwacht. Is dat realistisch?

 

"Absoluut. De voorbije jaren liep het bezoekersaantal in deze contreien op tot 370.000 per jaar. We rekenen er zelfs op dat dit aantal met een derde zal verhogen. De groei wordt uiteraard verwacht vanuit Groot-Brittannië en eigen land, maar het oorlogstoerisme vanuit Nederland en de ANZAC-landen (Australië, Nieuw-Zeeland, Canada, red.) zit eveneens in de lift. Fransen en Duitsers lokken, blijft dan weer een moeilijker verhaal. Met de nieuwe Pioniersroute en een programma rond de Duitse begraafplaatsen doen we wel een belangrijke poging."

 

Is de hotelcapaciteit groot genoeg, want zulke cijfers moeten toch nieuwe investeerders aantrekken?

 

"Ondernemen staat vrij, maar wij roepen de horecasector alvast op om goed na te denken en vooral ook realistisch te zijn. Het aantal bedden in de Westhoek is tussen 1998 en nu verdubbeld. De bezettingsgraad draait momenteel rond de zestig procent, er is met andere woorden nog marge in het bestaande aanbod. Bovendien is de groei niet oneindig en 2018 zal er ongetwijfeld een terugval zijn. Als voor ons één iets voorop staat in heel deze campagne is het kwaliteit. Van de horeca, maar ook van de organisatie. Daarom investeren we ook heel wat in de toegankelijkheid van begraafplaatsen en monumenten, parkeerplaatsen, infoborden, sanitair."

 

Ook kwaliteit in de commerciële aanpak in plaats van plat geldgewin?

 

"Het moet smaakvol blijven, maar ik heb er geen probleem mee dat de Westhoek goed verdient aan de Eerste Wereldoorlog. De streek heeft zwaar geleden en heeft dat jarenlang met zich meegesleept."

 

Hoe groot wordt de terugval na 2018?

 

"Er zal een vermindering zijn, maar het oorlogstoerisme zal niet doodbloeden. Mijn voorgangers gingen er begin jaren negentig van uit dat het helemaal afgelopen zou zijn met het oorlogstoerisme als er geen oud-strijders meer zouden zijn. Zie hoe dàt is uitgedraaid. Maar we mogen zeker niet op onze lauweren gaan rusten. Daarom moeten we de komende jaren nog meer focussen op het onthaastingstoerisme. Dat is een andere soort toerisme waar de Westhoek alle troeven voor heeft."

 

 

 © Het Laatste Nieuws

 

Dieter Dujardin

Jan Durnez